In de bekende film Pietje Bell leert Pietje een jongetje kennen genaamd Sproet. Sproet is genoodzaakt eten te stelen voor zijn jongere broertjes en zusjes en draagt geen schoenen. Zo begaan als Pietje is met deze jongen, geeft hij direct zijn eigen schoenen weg. Zijn moeder wijst hem daarvoor terecht met de woorden: “Je mag alleen weggeven waar je genoeg van hebt”. Pietje heeft weinig aanmoediging nodig en deelt vervolgens de inhoud van hun bestekbak uit aan omwonenden. Al snel verschijnt moeder weer in beeld. Het is duidelijk dat ze (ook) dit niet de bedoeling vindt en vraagt zich af waarom haar zoon nu weer hun zilverenbestek weggeeft, waarop Pietje reageert: “…maar we stikken in de vorken en de messen”.
Tja…
Stel je eens voor dat God alleen weg zou geven waar Hij genoeg van had. Dan had Hij Zijn Zoon nooit naar deze aarde gestuurd, daar heeft Hij er immers maar één van. Het is onvoorstelbaar wat een impact de geboorte en de komst van Deze Zoon hebben (gehad). Gelukkig heeft God niet gehandeld naar dit menselijke gedachtegoed; alleen geven waar je genoeg van hebt. Hij heeft ons daarentegen het Grootste Geschenk gegeven wat er maar bestaat; Jezus Christus, onze Redder.
Met kerst zijn velen het gewend om te geven. Veel mensen kopen iets moois voor hun geliefde(n) of delen uit in waar ze gezegend mee zijn. Opzichzelfstaand helemaal geen gek idee als dit een reflectie is van de gave die God zelf heeft gegeven. Dan is het niet alleen een cultureel gebruik maar ook een manier om Gods liefde te weerspiegelen; het onvoorwaardelijk en onverdiend (uit)delen. Zolang we dat laatste, die diepere betekenis van Kerstmis, niet overschaduwen met de commerciële dimensie, is het geven van cadeaus een manier om onze liefde voor anderen te tonen, net zoals God ons Zijn Liefde heeft getoond.
Hoe kunnen we deze kerst Gods liefde, zorg en zegeningen delen met de mensen om ons heen? Delen we uit waar we genoeg van hebben? Of is dat niet voldoende?
Jolien